Actiedag op 20 februariEen hele reeks organisaties - Nash Dom, Ukrainian Pacifist Movement, Connection e.V., Federation for Social Defence, European Bureau for Conscientious Objection, International Fellowship of Reconciliation, Agir pour la paix en War Resisters’ International - hebben vandaag uitgeroepen tot een actiedag 'No Belarusian Troops for the War'.
Zij roepen dienstplichtigen en beroepssoldaten in Belarus, de belangrijkste bondgenoot van Rusland bij de inval in Oekraïne, op om dienst te weigeren of te deserteren. Wij sluiten ons daar graag bij aan. Mark Akkerman heeft deze inleiding gehouden tijdens de actie op het Museumplein op 20 februari 2023. |
Het regime in Belarus mengt zich vooralsnog niet actief in de oorlog, maar faciliteert en ondersteunt wel Russische troepen en benadrukt de hechte samenwerking met veel gezamenlijke oefeningen.
Mede vanwege deze rol stellen de organisaties die oproepen tot de actiedag: “Een massale beweging van weigeraars geeft ook een sterk signaal af aan Rusland. Belarus onder Loekasjenko is tot nu toe de krachtigste bondgenoot van het Rusland van Poetin geweest. Wanneer de burgers weigeren deel te nemen aan de oorlog, zal dit hopelijk ook de nationalistische en militaristische narratieven in Rusland ondermijnen.”
De actiedag vandaag maakt deel uit van de campagne #ObjectWar, die pleit voor Europese steun en bescherming voor dienstweigeraars en deserteurs uit Rusland, Belarus en Oekraïne. Olga Karatch van de organisatie Nash Dom was afgelopen september in Nederland om deze campagne onder de aandacht te brengen. Ze sprak toen onder meer hier tijdens één van onze protesten en vertelde over repressie tegen dienstweigeren in Belarus.
Soortgelijke verhalen horen we natuurlijk ook uit Rusland, waar Poetin het voor hem tegenvallende verloop van de oorlog onder meer probeert te keren met grootschalige mobilisaties, en uit Oekraïne, waar dienstweigeraars en deserteurs met steeds draconischere gevangenisstraffen bedreigd worden en mannen en transvrouwen tussen 18 en 60 het land niet mogen verlaten. Het spreekt voor zich dat dienstweigeren of deserteren, zeker als dat op grote schaal gebeurt, een bijdrage kan leveren aan het stoppen van de oorlog. Denk aan de oude leus 'Stel je voor er komt oorlog en niemand gaat er naar toe'.
Je zou denken dat mensen die in Belarus of Rusland dienst weigeren dan ook met open armen ontvangen worden in Europese landen. Maar dat gaat maar moeizaam, zo blijkt uit de opstelling tegenover Russen die dienstplicht of mobilisatie willen ontlopen. De Baltische staten en Polen hebben de grenzen dicht gegooid voor alle Russen en willen geen uitzonderingen maken. Andere EU-landen zijn verdeeld. Bijvoorbeeld Duitsland en Nederland hebben op humanitaire gronden een voorlopig tijdelijke beschermingsmaatregel en uitzettingsstop uitgeroepen, maar hanteren strikte richtlijnen, waardoor deze alleen voor dienstplichtigen tussen de 18 en 27 geldt. Recent kreeg in Duitsland een Russische veertiger een negatieve beslissing, die door de rechtbank in stand gehouden werd, omdat hij buiten deze categorie valt, hoewel de kans dat hij gemobiliseerd zal worden in Rusland niet denkbeeldig is. Ook de Nederlandse regering heeft aangegeven dat zulke gevallen niet gedekt worden door de tijdelijke maatregel. De tijdelijkheid van de maatregel, die nu van kracht is tot eind juni, is ook een reden van zorg: pas na afloop van de maatregel worden asielaanvragen beoordeeld. Hoe zal dat gaan met Russen als de oorlog afgelopen is? Mogen die nog blijven als hun afwezigheid in Rusland geen praktisch nut voor het westen meer heeft?
Deze benepen houding is schandalig, maar niet zo vreemd als je het vanuit de invalshoek van Europees migratiebeleid bekijkt. Ruimhartig opvang en bescherming bieden is daarin een volstrekt onbekend fenomeen. Nog geen twee weken geleden kondigde de EU een nieuw offensief tegen vluchtelingen aan, waarbij er weer miljarden extra in grensbewaking gestoken worden en niet-EU-landen verder onder druk gezet worden om als externe grenswachten te dienen. Oekraïne is daar cynisch genoeg een goed voorbeeld van. Ondanks de oorlog zitten er nog steeds vluchtelingen opgesloten in door de EU gefinancierde detentiecentra, soms letterlijk met gevechten op de stoep, en dringt de EU er bij Oekraïne op aan de grenzen met de EU goed te blijven bewaken om vluchtelingen tegen te houden. Frontex sloot vorige maand nog een nieuw akkoord met de Oekraïense grenswacht, onder meer over donaties van materieel en het voorbereiden van gezamenlijke grensbewakingsoperaties op Oekraïens grondgebied.
Teken de petitie
We spreken vandaag specifiek onze solidariteit uit met deserteurs en dienstweigeraars uit Belarus en roepen de EU op humanitaire corridors te openen om hen te helpen het land te ontvluchten en goede opvang en bescherming te bieden. Ook kan de petitie van de #ObjectWar campagne nog steeds getekend worden. Inmiddels steunen ruim 9000 mensen de oproep aan de EU om asiel te verlenen aan dienstweigeraars en deserteurs uit Belarus, Rusland en Oekraïne. Op 15 mei, internationale dienstweigerdag, worden de ingezamelde handtekeningen aangeboden met een duidelijke boodschap: “Elke rekruut kan een gewetensbezwaarde zijn, elke soldaat een deserteur. Laten we degenen steunen die weigeren te doden en de oorlog beëindigen!”
Mede vanwege deze rol stellen de organisaties die oproepen tot de actiedag: “Een massale beweging van weigeraars geeft ook een sterk signaal af aan Rusland. Belarus onder Loekasjenko is tot nu toe de krachtigste bondgenoot van het Rusland van Poetin geweest. Wanneer de burgers weigeren deel te nemen aan de oorlog, zal dit hopelijk ook de nationalistische en militaristische narratieven in Rusland ondermijnen.”
De actiedag vandaag maakt deel uit van de campagne #ObjectWar, die pleit voor Europese steun en bescherming voor dienstweigeraars en deserteurs uit Rusland, Belarus en Oekraïne. Olga Karatch van de organisatie Nash Dom was afgelopen september in Nederland om deze campagne onder de aandacht te brengen. Ze sprak toen onder meer hier tijdens één van onze protesten en vertelde over repressie tegen dienstweigeren in Belarus.
Soortgelijke verhalen horen we natuurlijk ook uit Rusland, waar Poetin het voor hem tegenvallende verloop van de oorlog onder meer probeert te keren met grootschalige mobilisaties, en uit Oekraïne, waar dienstweigeraars en deserteurs met steeds draconischere gevangenisstraffen bedreigd worden en mannen en transvrouwen tussen 18 en 60 het land niet mogen verlaten. Het spreekt voor zich dat dienstweigeren of deserteren, zeker als dat op grote schaal gebeurt, een bijdrage kan leveren aan het stoppen van de oorlog. Denk aan de oude leus 'Stel je voor er komt oorlog en niemand gaat er naar toe'.
Je zou denken dat mensen die in Belarus of Rusland dienst weigeren dan ook met open armen ontvangen worden in Europese landen. Maar dat gaat maar moeizaam, zo blijkt uit de opstelling tegenover Russen die dienstplicht of mobilisatie willen ontlopen. De Baltische staten en Polen hebben de grenzen dicht gegooid voor alle Russen en willen geen uitzonderingen maken. Andere EU-landen zijn verdeeld. Bijvoorbeeld Duitsland en Nederland hebben op humanitaire gronden een voorlopig tijdelijke beschermingsmaatregel en uitzettingsstop uitgeroepen, maar hanteren strikte richtlijnen, waardoor deze alleen voor dienstplichtigen tussen de 18 en 27 geldt. Recent kreeg in Duitsland een Russische veertiger een negatieve beslissing, die door de rechtbank in stand gehouden werd, omdat hij buiten deze categorie valt, hoewel de kans dat hij gemobiliseerd zal worden in Rusland niet denkbeeldig is. Ook de Nederlandse regering heeft aangegeven dat zulke gevallen niet gedekt worden door de tijdelijke maatregel. De tijdelijkheid van de maatregel, die nu van kracht is tot eind juni, is ook een reden van zorg: pas na afloop van de maatregel worden asielaanvragen beoordeeld. Hoe zal dat gaan met Russen als de oorlog afgelopen is? Mogen die nog blijven als hun afwezigheid in Rusland geen praktisch nut voor het westen meer heeft?
Deze benepen houding is schandalig, maar niet zo vreemd als je het vanuit de invalshoek van Europees migratiebeleid bekijkt. Ruimhartig opvang en bescherming bieden is daarin een volstrekt onbekend fenomeen. Nog geen twee weken geleden kondigde de EU een nieuw offensief tegen vluchtelingen aan, waarbij er weer miljarden extra in grensbewaking gestoken worden en niet-EU-landen verder onder druk gezet worden om als externe grenswachten te dienen. Oekraïne is daar cynisch genoeg een goed voorbeeld van. Ondanks de oorlog zitten er nog steeds vluchtelingen opgesloten in door de EU gefinancierde detentiecentra, soms letterlijk met gevechten op de stoep, en dringt de EU er bij Oekraïne op aan de grenzen met de EU goed te blijven bewaken om vluchtelingen tegen te houden. Frontex sloot vorige maand nog een nieuw akkoord met de Oekraïense grenswacht, onder meer over donaties van materieel en het voorbereiden van gezamenlijke grensbewakingsoperaties op Oekraïens grondgebied.
Teken de petitie
We spreken vandaag specifiek onze solidariteit uit met deserteurs en dienstweigeraars uit Belarus en roepen de EU op humanitaire corridors te openen om hen te helpen het land te ontvluchten en goede opvang en bescherming te bieden. Ook kan de petitie van de #ObjectWar campagne nog steeds getekend worden. Inmiddels steunen ruim 9000 mensen de oproep aan de EU om asiel te verlenen aan dienstweigeraars en deserteurs uit Belarus, Rusland en Oekraïne. Op 15 mei, internationale dienstweigerdag, worden de ingezamelde handtekeningen aangeboden met een duidelijke boodschap: “Elke rekruut kan een gewetensbezwaarde zijn, elke soldaat een deserteur. Laten we degenen steunen die weigeren te doden en de oorlog beëindigen!”
Mark Akkerman werkt bij Stop Wapenhandel.